Skip to main content

Als we aan rangen en standen denken, dan komen bij de meesten van ons toch de 18de en 19de eeuw onmiddellijk in beeld. Aan de 21ste eeuw denken we niet direct. Toch is dat vreemd, want ook nu doen we er alles aan om verschillen duidelijk te maken. En het moet gezegd: de overheid doet daar heel hard aan mee. Door te pas en te onpas te roepen dat 50 procent van de bevolking hogeropgeleid moet zijn, kwalificeert diezelfde overheid de andere 50 procent van onze bevolking tot een quantité negligable, anders valt dat toch niet te duiden. Hoe elitair willen we het hebben anno 2015? Daarom stellen wij voor het begrip hogeropgeleid onmiddellijk en totaal in de ban te doen en te vervangen door het begrip goed opgeleid.

Waardevol: Laten we beginnen met vast te stellen dat welke opleiding iemand ook afgerond heeft, het niveau van de opleiding niets zegt over hoe waardevol die opleiding voor onze samenleving is. Het VMBO is zeker niet minder dan het MBO; het MBO doet niet onder voor het HBO en ten slotte een HBO alumnus hoeft zich niet de mindere te voelen van afgestudeerde aan een universiteit. Dat is een complete misvatting, immers kwalitatief goede loodgieters, lassers of houtbewerkers zijn voor onze maatschappij van onschatbare waarde. Of dat van alle alumni met een afgeronde fancy wo- of hbo-opleiding ook gezegd kan worden is nog maar de vraag.

Kenniseconomie: Toch kunnen we met de regelmaat van de klok gezaghebbende personen horen zeggen dat we (veel) meer hoogopgeleiden moeten hebben om onze kenniseconomie aan de praat te houden. De kaartenbakken van het UWV spreken vaak echter een andere taal, een belangrijke reden om het elitaire hogeropgeleid onmiddellijk en voorgoed uit te bannen.

Maar ontwikkeling van talent heeft niets met niveau te maken doch alles met vreugde bij de ontwikkeling van dat talent.

Diepere scheidslijn: Er is echter nog een andere belangrijke reden dat te doen. Het Sociaal en Cultureel Planbureau heeft onderzocht dat er zich in ons land een steeds diepere scheidslijn tussen de hoger- en lageropgeleiden manifesteert. Dat kan toch nooit de bedoeling zijn van de overheid lijkt ons. Maar als je in de krant, op de radio en televisie en niet te vergeten het onderwijs er voortdurend op gewezen wordt dat je een zo hoog mogelijke opleiding moet volgen, wil je niet buiten de boot vallen, dan kunnen die oproepen totaal verkeerde prikkels opleveren. Natuurlijk, elk talent verdient het om maximaal en goed ontwikkeld te worden. Maar ontwikkeling van talent heeft niets met niveau te maken doch alles met vreugde bij de ontwikkeling van dat talent. Laat dat nog maar eens duidelijk gezegd zijn.

Beloningsstructuur: Een ander heet hangijzer dat direct te maken heeft met dat zogenaamde hogeropgeleid is de beloningstructuur in ons land. Ook hier zien we een steeds grotere kloof ontstaan. De top van een aantal financiële instellingen heeft er onlangs een flinke duit bij gekregen, terwijl de gewone medewerker zich op een nullijn geplaatst ziet. Het is niet aan ons om daar direct een waardeoordeel over uit te spreken. Maar wanneer een samenleving steeds grotere kloven gaat vertonen tussen groepen burgers, kan het bijna niet anders dan dat dit proces op den duur leidt tot tweespalt die maatschappelijke onrust kan veroorzaken.

 Wat zou de wereld mooi zijn als iedereen in de gelegenheid was om vanuit zijn talent verschil te maken in het leven van anderen

Geluk en welbevinden: Het is de vraag of de waarde van ieder individu alleen uitgedrukt dient te worden in een diploma en een financiële beloning. Geluk en welbevinden kunnen in heel andere zaken schuilen. Pleiten we dan voor een samenleving waar laissez faire het leidende begrip zou moeten zijn? Neen, we pleiten voor een samenleving waarin de waarde van elk diploma (van een opleiding) even waardevol is en dat die wetenschap zich vertaalt in een passend beloningssysteem.

Vakmensen: Waar in Duitsland een vakman de meister status kan bereiken en in Rome een ober zich vol trots manifesteert als de directeur van zijn terras, heeft Nederland ingezet op de kenniseconomie. Ambachtsschool en LTS en zijn daardoor nagenoeg verdwenen, en kinderen die voor VMBO kader hebben gekozen lijken bij voorbaat kansloos in onze samenleving. Paradoxaal genoeg krijgen niet alleen aanstaande vakmensen in Nederland nauwelijks waardering. Ook de hardwerkende mensen die helden van de kennis economie zouden moeten zijn, de docenten die het verschil maken in vele levens, worden maatschappelijk nauwelijks gewaardeerd en eigenlijk zelfs onderbetaald.

Robotisering: Toch zijn het juist de administratieve banen die door verregaande robotisering dreigen te verdwijnen, terwijl vakmanschap zo schaars dreigt te worden dat een loodgieter meer kans heeft op werk en vaak meer waardering oogst, ook in financiële zin, dan een heao-er. Veel mensen beseffen pas hoe belangrijk gezondheid is als ze ziek worden. Wellicht beseffen we pas hoe belangrijk vakmanschap is als we geen vakmensen meer hebben en snakken naar een meister die het dak repareert. En misschien denken we nog eens terug aan die leraar of lerares die ons echte talent herkende en ons hielp de juiste keuze te maken, of ons motiveerde net dat stapje extra te doen.

Talent maakt het verschil: Wat zou de wereld mooi zijn als iedereen in de gelegenheid was om vanuit zijn talent verschil te maken in het leven van anderen. Talent kent namelijk geen status of klasse. Maar één ding is zeker: iedereen die een opleiding kiest omdat het zo hoort, in plaats van omdat het zijn talent versterkt, is per definitie te laag opgeleid.

Re-employ diensten:

bron: mt